iaan
1634
-iaan
<aanhanger v.e. bep. componist>
-ian
[iən]
iaans
1635
-iaans
<in de stijl v.e. bep. componist>
-ian
[iən]
iconografie van de muziek
1636
iconografie van de muziek
musical iconography
[aıkə'nɑ:grəfi]
idiofoon
1637
idiofoon
idiophone
['ıdiəfoʊn]
ijzeren repertoire
1638
ijzeren repertoire
standard repertoire
['repərtwɑ:r]
, classical favorites
['feıvrəts]
imitatief
1640
imitatief
imitative
['ıməteıṱıv]
imitatie-interval
1641
imitatie-interval
imitation interval
['ınṱərvl]
imitatietechniek
1642
imitatietechniek
imitation technique
[tek'ni:k]
imiteren
1643
imiteren
to imitate
['ımıteıt]
imiterend
1644
imiterend
imitative
['ıməteıṱıv]
impresariaat
1645
impresariaat
(concert) agency
['eıdʒənsi]
impresario
1646
impresario
(concert) agent, impresario
[ımprə'sɑ:rioʊ]
impressionisme
1647
impressionisme
Impressionism
[ım'preʃənızm]
impressionistisch
1648
impressionistisch
impressionist
[ım'preʃənıst]
improvisatie
1649
improvisatie
improvisation
[ımprɑ:və'zeıʃn]
improvisator
1650
improvisator
improviser
['ımprəvaızər]
improviseren
1651
improviseren
to improvise
['ımprəvaız]
inademen
1653
inademen
to inhale
[ın'heıl]
, to breathe
[bri:ð]
in
inademing
1654
inademing
inhalation
[ınhə'leıʃn]
, breathing-in
[bri:ðıŋ'ın]
in c
1655
in c
<niet-getransponeerd>
at concert pitch
in de kreeft
1656
in de kreeft
in retrograde
['retrəgreıd]
in de omkering
1658
in de omkering
in (the) inversion
in de rol van ...
1659
as ..., in the role
[roʊl]
of ...
in de volkstaal
1660
in de volkstaal
in the national language, in vernacular
[vər'nækjələr]
(language)
indirecte modulatie
1661
indirecte modulatie
indirect modulation
[ındə'rekt mɑ:dʒə'leıʃn]
individueel onderwijs
1662
individueel onderwijs
individual/one-to-one teaching
individuele les
1663
individuele les
individual/one-to-one lesson
indrukken
1664
indrukken
1
<v.e. toets/klep/ventiel/knop/pedaal>
to (de)press
in een ... tempo
1665
in a ... tempo, at a ... speed
ingeblikte muziek
1667
ingeblikte muziek
<inf.>
canned/piped-in/
<BE>
piped music
in gelijke beweging
1668
in gelijke beweging
1
<met onveranderlijk interval>
in parallel
['pærəlel]
motion/movement
2
<met veranderlijk interval>
in similar
['sımlər]
motion/movement
ingestudeerd door
1669
ingestudeerd door
<dirigent>
rehearsed
[rı'hɜ:rst]
by
ingetrapt houden
1670
ingetrapt houden
<v.e. pedaal>
to hold
<held, held>
down
ingevoerde leidtoon
1671
ingevoerde leidtoon
introduced
[ıntrə'du:st]
leading tone/
<BE>
note
in het net schrijven
1672
in het net schrijven
to make
<made, made>
a fair copy
i'nitium
1673
<mv. -s/i'nitia>
initium
[ı'nıʃiəm]
<mv. -s/initia>
inleiding
1674
inleiding
1
<begin (v.e. muziekstuk)>
introduction
2
<woord vooraf>
introduction, preface
['prefəs]
3
<causerie>
speech, address
[ə'dres]
, lecture
inleiding houden (over), een
1675
inleiding houden
(
over
),
een
to present
[prı'zent]
a paper (on), to deliver an address
[ə'dres]
(on)
innerlijk gehoor
1676
innerlijk gehoor
inner/mental
['menṱl]
hearing, audiation
innerlijk horen
1677
innerlijk horen
to hear
<heard
[hɜ:rd]
, heard
[hɜ:rd]
>
mentally
['menṱli]
, to inner hear, to audiate
['ɔ:dieıt]
innerlijk zingen
1678
innerlijk zingen
to sing
<sang, sung>
mentally
['menṱli]
in partituur
1679
in partituur
in score format
inspelen
1680
inspelen
1
<onov.ww., voorbereidend spelen>
to warm up
2
<ov.ww., (een nieuw instrument) door spelen verbeteren>
to break
<broke, broken>
in, to play in
inspiratie
1682
inspiratie
inspiration
[ınspə'reıʃn]
inspireren
1683
inspireren
to inspire
[ın'spaır]
instabiele toon
1684
instabiele toon
<harmonisch>
unstable
[ʌn'steıbl]
tone/
<BE>
note
instabiel interval
1685
instabiel interval
<harmonisch>
unstable interval
[ʌn'steıbl 'ınṱərvl]
instituut voor muziekwetenschap
1686
instituut voor muziekwetenschap
institute
['ınstıtu:t]
of musicology
[mju:zı'kɑ:lədʒi]
instructeur
1687
instructeur
<v.e. muziekkorps>
instructor
instructieboek
1688
instructieboek
workbook, tutorial
[tu'tɔ:riəl]
,
<BE>
tutor
['tju:tə]
instrument
1689
instrument
instrument
['ınstrəmənt]
instrumentaal
1690
instrumentaal
instrumental
[ınstrə'menṱl]
instrumentale kleur
1691
instrumentale kleur
instrumental
[ınstrə'menṱl]
color
instrumentale middelen
1692
instrumentale middelen
instrumental
[ınstrə'menṱl]
means
instrumentale muziek
1693
instrumentale muziek
instrumental
[ınstrə'menṱl]
music
instrumentalist
1694
instrumentalist
instrumentalist
[ınstrə'menṱlıst]
instrumentarium
1695
instrumentarium
<mv. -s/instrumentaria>
(set of) instruments
['ınstrəmənts]
, instrumentarium
[ınstrəmen'teriəm]
<mv. -s>
instrumentatie
1696
instrumentatie
instrumentation
instrumentatieleer
1697
instrumentatieleer
(theory of) instrumentation, instrumentation theory
instrumentenbouw
1698
instrumentenbouw
instrument
['ınstrəmənt]
making/building
instrumentenbouwer
1699
instrumentenbouwer
instrument
['ınstrəmənt]
maker/builder
instrumentenfamilie
1700
instrumentenfamilie
instrument(al)
[ınstrə'menṱl]
family
instrumentenkunde/instrumentenleer
1701
instrumentenkunde
/
instrumentenleer
theory of instruments
['ınstrəmənts]
, organology
[ɔ:rgə'nɑ:lədʒi]
instrumenten zonder (bepaalde) toonhoogte
1702
instrumenten
zonder
(
bepaalde
)
toonhoogte
nonpitched instruments
[nɑ:n'pıtʃt 'ınstrəmənts]
, instruments of/with indefinite
[ın'defnət]
pitch
instrumenteren
1703
instrumenteren
to instrumentate
['ınstrəmenteıt]
instrument in elkaar zetten, een
1704
instrument in elkaar zetten
,
een
to assemble an instrument
['ınstrəmənt]
, to put
<put, put>
together an instrument
instrumentist
1705
instrumentist
<BN>
instrumentalist
[ınstrə'menṱlıst]
instrument uit elkaar halen, een
1706
instrument uit elkaar halen
,
een
to disassemble an instrument
['ınstrəmənt]
, to take
<took, taken>
apart an instrument
instuderen
1707
instuderen
1
<v.e. muziekstuk>
to practice
2
<v.e. (opera)rol>
to learn
<<AE>
learned/
<BE>
learnt,
<AE>
learned/
<BE>
learnt>
3
<repeteren>
to rehearse
[rı'hɜ:rs]
4
<voorbereidende repetities leiden>
to rehearse
in tegenbeweging
1708
in tegenbeweging
in contrary
['kɑ:ntreri]
motion/movement
integrale chromatiek
1709
integrale chromatiek
integral chromaticism
['ınṱıgrəl kroʊ'mætəsızm]
intellestuele eigendom, de
intellectuele eigendom, de
<het juridische principe> intellectual property
intellestuele eigendom, het
intellectuele eigendom, het
<het kunstwerk dat een auteur toebehoort> intellectual property
intellestuele eigendomsrechten
intellectuele eigendomsrechten
<het juridische principe> intellectual property rights, IPR
intendant
1710
intendant
intendant
[ın'tendənt]
, manager
intensiteit
1711
intensiteit
intensity
[ın'tensəṱi]
interferentie
1712
interferentie
interference
[ınṱər'fırəns]
interfereren
1713
interfereren
to interfere
[ınṱər'fır]
interludium
1714
interludium
<mv. -s/interludia>
interlude
['ınṱərlu:d]
intermezzo
1715
intermezzo
<mv. -s/intermezzi>
intermezzo
<mv. -s/intermezzi>
intern divertimento
1716
intern divertimento
<v.e. fuga, mv. interne -s/divertimenti>
(fugal) episode
['fju:gl 'epısoʊd]
interne extensie/uitbreiding
1717
interne extensie
/
uitbreiding
internal extension
[ık'stenʃn]
, interpolation
interpreet
1718
interpreet
interpreter
[ın'tɜ:rprəṱər]
interpretatie
1719
interpretatie
interpretation
[ıntɜ:rprı'teıʃn]
interpretatiecursus
1720
interpretatiecursus
interpretative course
[ın'tɜ:rprəteıṱıv kɔ:rs]
interpreteren
1721
interpreteren
to interpret
[ın'tɜ:rprət]
interval
1722
interval
interval
['ınṱərvl]
intervalpaar
1723
intervalpaar
interval
['ınṱərvl]
pair
intervalpatroon
1724
intervalpatroon
interval
['ınṱərvl]
pattern
intervalrelatie
1725
intervalrelatie
interval
['ınṱərvl]
relationship
intonatie
1726
intonatie
1
<mate v. zuiverheid>
intonation
2
<inzet v.e. (gregoriaans) gezang, v.e. thema>
intonation
3
<stembuiging>
intonation
4
<klankverbetering v.e. piano/orgel>
voicing
intoneren
1727
intoneren
1
<in een bep. mate zuiver spelen/zingen>
to intonate
['ıntəneıt]
2
<een (gregoriaans) gezang, een thema inzetten>
to intone
[ın'toʊn]
3
<de klank v.e. piano/orgel verbeteren>
to voice
intrappen
1728
intrappen
<v.e. pedaal>
to (de)press
in trilling brengen
1729
in trilling brengen
to make
<made, made>
vibrate
['vaıbreıt]
, to cause to vibrate
inzet
1733
inzet
1
<v.e. muziekstuk>
beginning
2
<v.e. stem/partij>
entry
['entri]
, entrance
['entrəns]
3
<begin v.e. toon>
attack, onset
['ɑ:nset]
4
<inspanning>
effort
['efərt]
inzetafstand
1734
inzetafstand
<in een canon>
entry
['entri]
distance
inzet geven, een
1735
to cue (an entry
['entri]
/entrance
['entrəns]
), to give
<gave, given>
a cue
inzetteken
1736
inzetteken
<in een canon>
entry
['entri]
sign/number
inzetten
1737
inzetten
1
<ov./onov.ww., beginnen te spelen>
to begin
<began, begun>
2
<onov.ww., beginnen
te spelen <v.e. orkest>>
to strike
<struck, struck>
up
3
<onov.ww., beginnen v.e. stem in een muziekstuk>
to enter
inzetvolgorde
1738
inzetvolgorde
<in een canon>
entry
['entri]
order
inzingen
1739
inzingen
to warm up, to practice singing
ionisch
1740
ionisch
Ionian
[aı'oʊniən]
isbn
1741
ISBN
[aı es bi: en]
<International Standard Book Number>
(code)
isrc
1748
ISRC-nummer
ISRC
[aı es ɑ:r si:]
<International Standard Recording Code>
number
iswc
1751
ISWC-nummer
ISWC
[aı es 'dʌblju:si:]
<International Standard Musical Work Code>
number
islamitische muziek
1742
islamitische muziek
Islamic
[ız'læmık]
music
isme
1743
-isme
<bep. stijl/stroming>
-ism
[ızm]
isometriek
1744
isometriek
isometrics
[aısə'metrıks]
<met ww. in het ev.>
, isometer
[aısə'mi:ṱər]
isometrisch
1745
isometrisch
isometric
[aısə'metrık]
isoritmiek
1746
isoritmiek
isorhythmics
[aısə'rıðmıks]
<met ww. in het ev.>
, isorhythm
[aısə'rıðm]
isoritmisch
1747
isoritmisch
isorhythmic
[aısə'rıðmık]
ist
1749
-ist
<bespeler v.e. bep. instrument>
... player, -ist
istisch
1750
-istisch
<v.e. bep. stijl/stroming>
-ist